fbpx
0

Winkelwagen

We hebben een heerlijke herfst gehad, maar langzaamaan lijkt het nu toch echt wel winter te worden. Wanneer de temperatuur onder het vriespunt daalt, ontvangen dierenwelzijnsorganisaties elk jaar telefoontjes van bezorgde paardenliefhebbers, die zich afvragen of het niet te koud is voor paarden en pony’s om buiten te staan. Vaak is die bezorgdheid niet nodig. Ook in de winter staan de meeste paarden het liefst in de weide in plaats van een stal of schuilhok.

Mogen paarden buiten in de winter?

In ons klimaat kunnen paarden het overgrote deel van het jaar buiten blijven. Staan ze permanent of voor een langere periode buiten, dan hebben ze wel beschutting nodig tegen tocht en vocht. De behoefte aan beschutting varieert naargelang het ras, de leeftijd en de gezondheidstoestand van het paard. Bijvoorbeeld Belgische trekpaarden, Shetlanders en IJslanders zullen over het algemeen minder snel gaan schuilen voor de kou dan een Arabische volbloed.

Wanneer heeft een paard het koud?

Ongeschoren paarden zijn ‘thermoneutraal’ tussen de -5 en +15 graden. Dat betekent dat ze met die temperaturen nog geen extra energie hoeven te gebruiken om het warm te hebben. Als in het najaar de dagen korter worden, krijgen paarden automatisch een wintervacht. Dat zijn lange bovenharen met daaronder een donsachtige vacht. Als het koud wordt, gaan de lange bovenharen overeind staan. Er blijft dan lucht tussen de haren hangen en dit zorgt voor isolatie.

Geschoren paarden voelen zich het beste bij een temperatuur tussen de 10 en 20 graden. Een geschoren paard heeft in de winter dus een deken nodig om zich warm te kunnen houden.

Voeren

In de winter is het nog belangrijker dat je paard liefst de hele dag door ruwvoer heeft. Het verteren van ruwvoer gebeurt in de dunne en de dikke darm. Door de vertering komt veel warmte vrij en daardoor houdt het paard zichzelf warm. Je zou kunnen zeggen dat een paard een inwendige kachel heeft, waar constant brandstof (ruwvoer) in moet om te blijven branden. Je kunt het ruwvoer geven in een slowfeeder, zodat je paard er wat langer mee doet.

Als je paard in de winter minder beweging heeft doordat het meer op stal staat en/of minder gereden wordt, moet je de hoeveelheid krachtvoer verminderen. Bouw dit liefst geleidelijk af.

Pas op met wortelen en bieten. Bewaar ze vorstvrij, want bevroren voedsel kan darmstoornissen (koliek) veroorzaken.

Drinken

Ook in de winter moet je paard voldoende drinken en dus altijd de beschikking hebben over vers drinkwater. Je kan een bal in het water leggen, zodat door de beweging van de bal het water niet zo snel bevriest. Bij strenge vorst is het vaak niet te vermijden dat het water toch bevriest. Zorg dan dat je meerdere keren per dag vers water geeft.

Tips tegen verveling

Toch staan veel paarden en pony’s in de winter vaak langer op stal. Dit is natuurlijk hartstikke saai en daarom moet je zorgen voor afleiding. Een extra plakje stro of hooi (in een slowfeeder) mag altijd. Je paard heeft dan wat te doen.

Je kan ook een berkenboomstammetje in de stal leggen of hangen. De meeste paarden vinden het fijn om hierop te knabbelen en het kan geen kwaad.

Sommige paarden vinden het leuk als je een skippybal in hun stal hangt. Ze kunnen er lekker tegen boksen en zo hun tijd een beetje opvullen.

Je kunt ook makkelijk zelf een snoeptonnetje maken. Neem een stevig, goed af te sluiten, kunststof tonnetje. Maak in het midden van de zijkant van het tonnetje een gaatje met een doorsnee van 4 à 5 cm. Doe er wat grotere brokken of paardensnoepjes in. Door met het tonnetje te rollen, vallen er brokjes uit.

Beweging

Als je je paard gaat trainen, zorg dan voor een goede warming up en cooling down. In het koude weer hebben de spieren meer tijd nodig om op te warmen en weer af te koelen. Leg een geschoren paard tijdens de warming up en de cooling down een uitrijdeken op.
Een zwetend ongeschoren paard krijg je niet zo snel drooggestapt. Leg eventueel even een zweetdeken op om sneller te drogen, maar laat dit deken niet te lang op. Een zweetdeken wordt nat en als je het niet op tijd afneemt, krijgt het paard het juist koud.

Probeer je paard, zeker als het veel op stal staat, toch regelmatig beweging te geven. In de winterperiode is het niet altijd mogelijk om (intensief) te rijden, maar een wandeling aan de hand of grondwerk kan meestal wel en zo blijft je paard toch in beweging en bezig.